jul 08
Cirque du Soleil Hoepels

Waarom Cirque du Soleil beter niet kan ophoepelen

In De Standaard las ik vorig weekend een artikel dat bij mij door merg en been ging. Over wat er allemaal mis is aan wat Cirque du Soleil brengt en wat ze allemaal doen. Ik heb het geluk veel mensen te kennen die van heel nabij betrokken zijn bij Cirque du Soleil, voor en achter de schermen, artiesten en technici. Ik kan bevestigen dat het artikel een zeer eenzijdig (zeg maar bekrompen) en betreurenswaardig beeld geeft van de groep. 

Cirque du Soleil ontstond uit het brein van Guy Laliberté en Daniel Gauthier, twee rasechte straattheaterartiesten. Kleiner beginnen kan niet. Bovendien mislukte het op een haar na. Ze waren hun spullen al aan het inpakken (letterlijk!) toen er een telefoontje kwam voor een grote opdracht in Montréal. Dat was het begin van de doorbraak. Ze werkten keihard en bouwden een wereldmerk uit. 

Ruim 35 jaar en vele voorstellingen later weet Cirque du Soleil nog steeds een wereldpubliek te boeien. Meer dan 200.000 bezoekers op een jaar in België alleen, dat wil toch iets zeggen. Uiteraard heb ik zowel heel erg knappe voorstellingen als minder geslaagde voorstellingen gezien. Ik heb met open mond op het puntje van mijn stoel gezeten tijdens The Wheel of Death in Kooza, ik werd ontroerd door clown Mauro in Corteo, ik werd overweldigd door de kracht van de Valkyries en de durf van de “Teeter boys” in Amaluna. De openingsscène van Quidam vind ik nog steeds magisch. 

En ja… het gaat allemaal gepaard met schitterende decors, prachtige kostuums en flitsende lichtshows. Maar is daar iets mis mee? Cirque du Soleil neemt je een paar uur mee weg van de wereld. Het is een droomwereld. Een illusie. Weg van de sleur. Juist daarom kopen mensen de tickets. Noem het escapisme. Noem het sensatie. Ik zag zelden mensen zonder schittering in hun ogen de Grand Chapiteau verlaten.

Maar achter de schermen gebeurt nog veel meer. Cirque du Soleil is een voortrekker van de kunst van het circus in Montréal en in de wereld. Ze ondersteunen de circusschool in Montréal om ervoor te zorgen dat artiesten kunnen groeien in de beste omstandigheden. Op tournee werken ze vaak en buiten de schijnwerpers samen met lokale circusscholen om ook die te ondersteunen. Cirque du Soleil stelt zowat 5.000 circusartiesten tewerk die anders niet aan de bak zouden komen. In elke stad waar de Grand Chapiteau wordt opgebouwd worden een paar honderd lokale mensen aan het werk gezet. 

Ik ben fan van het circus in al zijn vormen. Van de voorstellingen van zowel 7 Doigts de la main en Circus Ronaldo tot Royal de Luxe. Net zoals ik fan ben van Imagine Dragons en tegelijkertijd van Mélanie De Biasio. Of zoals een grote Amerikaanse blockbuster niet per sé slechter is dan een kleine arthouse film. Kleuren en smaken, weet u wel. Als alles binnen een bepaald kader moet passen, dan wordt het een heel saaie, eentonige wereld. Hoe ver sta je dan nog af van het opleggen van één mening, binnen cultuur en elders?

Het is duidelijk dat u geen fan bent en dat hoeft ook niet, maar daarom te kennen geven dat het misschien beter is als al die mensen op straat komen te staan, dat gaat een brug te ver. In België alleen al zijn er massa’s liefhebbers van Cirque du Soleil en vele honderdduizenden zijn al komen kijken naar minstens één show. Fans staan te popelen om een volgende te zien, ook al moeten ze geduldig wachten. Voor hen, voor de artiesten en voor de hele crew voor en achter de schermen, verspreid over de hele wereld, hoop ik van harte dat Cirque du Soleil niet ophoepelt.